VA2013PT

Reinig de afvoerpomp. Zie hiervoor de handleiding, hoofdstuk Onderhoud en reiniging. Indien dit het probleem niet oplost moet u contact opnemen met de Servicedienst. Een technieker moet deze kwestie oplossen.

Toestel pompt het water niet weg

Het gele anti-slurpkapje is niet (goed) geplaatst.

• Zorg ervoor dat het gele anti-slurpkapje correct op zijn plaats zit.

Verstopping in de afvoerslang.

• Ontkoppel de afvoerslang, daar waar deze op de sifon van de gootsteen is aangesloten.
• Controleer of zich opgehoopt vuil in de slang bevindt
• Het kegelvormige deel van de opnening moet dusdanig zijn dat de diamter ten minste 14 mm is.

Knikken in de afvoerslang.

• Controleer de afvoerslang.

Verstopte filters.

• Reinig de filters.

De afvoerpomp is geblokkeerd.
U kunt de pomp bereiken vanaf de binnenkant van het toestel.

• Maak het toestel spanningsloos door de stekker uit het stopcontact te trekken.
• Verwijder het groffilter en het leidingdeel.
• Verwijder het kleine montagestuk aan de linkerkant van de onderafvoer.
• Maak de pompschoep los en draai deze door uw vinger in de opening te steken en verwijder alles wat de pompschoep blokkeert.
• Plaats het montagestuk en de filters terug.
• Steek de stekker weer in het stopcontact.
  Wanneer het toestel niet start en een zoemend geluid maakt, is de overloopbeveiliging geactiveerd. Sluit in dat geval de waterkraan en trek de stekker weer uit het stopcontact.
  Neem contact op met de Servicedienst. Een technieker moet dit probleem verhelpen.

De waterkraan is niet geopend of de waterdruk is te laag.

• Open de waterkraan. Wanneer dit het probleem niet oplost moet een installateur deze kwestie verhelpen.
  

Sluit de waterkraan.

Neem contact op met de Servicedienst. Een technieker moet dit probleem verhelpen.

Dit probleem kunt u niet zelf oplossen.
Een technieker moet deze storing verhelpen.

Dit probleem kunt u niet zelf oplossen.
Een technieker moet deze storing verhelpen.

Deze storing kunt u niet zelf oplossen.
Een technieker moet dit probleem verhelpen.

Reinig de afvoerpomp. Zie hiervoor de handleiding, hoofdstuk Onderhoud en reiniging. Indien dit het probleem niet oplost moet u contact opnemen met de Servicedienst. Een technieker moet deze kwestie oplossen.

Toestel pompt het water niet weg

Het gele anti-slurpkapje is niet (goed) geplaatst.

• Zorg ervoor dat het gele anti-slurpkapje correct op zijn plaats zit.

Verstopping in de afvoerslang.

• Ontkoppel de afvoerslang, daar waar deze op de sifon van de gootsteen is aangesloten.
• Controleer of zich opgehoopt vuil in de slang bevindt
• Het kegelvormige deel van de opnening moet dusdanig zijn dat de diamter ten minste 14 mm is.

Knikken in de afvoerslang.

• Controleer de afvoerslang.

Verstopte filters.

• Reinig de filters.

De afvoerpomp is geblokkeerd.
U kunt de pomp bereiken vanaf de binnenkant van het toestel.

• Maak het toestel spanningsloos door de stekker uit het stopcontact te trekken.
• Verwijder het groffilter en het leidingdeel.
• Verwijder het kleine montagestuk aan de linkerkant van de onderafvoer.
• Maak de pompschoep los en draai deze door uw vinger in de opening te steken en verwijder alles wat de pompschoep blokkeert.
• Plaats het montagestuk en de filters terug.
• Steek de stekker weer in het stopcontact.
  Wanneer het toestel niet start en een zoemend geluid maakt, is de overloopbeveiliging geactiveerd. Sluit in dat geval de waterkraan en trek de stekker weer uit het stopcontact.
  Neem contact op met de Servicedienst. Een technieker moet dit probleem verhelpen.

De waterkraan is niet geopend of de waterdruk is te laag.

• Open de waterkraan. Wanneer dit het probleem niet oplost moet een installateur deze kwestie verhelpen.
  

Sluit de waterkraan.

Neem contact op met de Servicedienst. Een technieker moet dit probleem verhelpen.

Dit probleem kunt u niet zelf oplossen.
Een technieker moet deze storing verhelpen.

Dit probleem kunt u niet zelf oplossen.
Een technieker moet deze storing verhelpen.

Deze storing kunt u niet zelf oplossen.
Een technieker moet dit probleem verhelpen.

Reinig de afvoerpomp. Zie hiervoor de handleiding, hoofdstuk Onderhoud en reiniging. Indien dit het probleem niet oplost moet u contact opnemen met de Servicedienst. Een technieker moet deze kwestie oplossen.

Toestel pompt het water niet weg

Het gele anti-slurpkapje is niet (goed) geplaatst.

• Zorg ervoor dat het gele anti-slurpkapje correct op zijn plaats zit.

Verstopping in de afvoerslang.

• Ontkoppel de afvoerslang, daar waar deze op de sifon van de gootsteen is aangesloten.
• Controleer of zich opgehoopt vuil in de slang bevindt
• Het kegelvormige deel van de opnening moet dusdanig zijn dat de diamter ten minste 14 mm is.

Knikken in de afvoerslang.

• Controleer de afvoerslang.

Verstopte filters.

• Reinig de filters.

De afvoerpomp is geblokkeerd.
U kunt de pomp bereiken vanaf de binnenkant van het toestel.

• Maak het toestel spanningsloos door de stekker uit het stopcontact te trekken.
• Verwijder het groffilter en het leidingdeel.
• Verwijder het kleine montagestuk aan de linkerkant van de onderafvoer.
• Maak de pompschoep los en draai deze door uw vinger in de opening te steken en verwijder alles wat de pompschoep blokkeert.
• Plaats het montagestuk en de filters terug.
• Steek de stekker weer in het stopcontact.
  Wanneer het toestel niet start en een zoemend geluid maakt, is de overloopbeveiliging geactiveerd. Sluit in dat geval de waterkraan en trek de stekker weer uit het stopcontact.
  Neem contact op met de Servicedienst. Een technieker moet dit probleem verhelpen.

De waterkraan is niet geopend of de waterdruk is te laag.

• Open de waterkraan. Wanneer dit het probleem niet oplost moet een installateur deze kwestie verhelpen.
  

Sluit de waterkraan.

Neem contact op met de Servicedienst. Een technieker moet dit probleem verhelpen.

Dit probleem kunt u niet zelf oplossen.
Een technieker moet deze storing verhelpen.

Dit probleem kunt u niet zelf oplossen.
Een technieker moet deze storing verhelpen.

Deze storing kunt u niet zelf oplossen.
Een technieker moet dit probleem verhelpen.

Reinig de afvoerpomp. Zie hiervoor de handleiding, hoofdstuk Onderhoud en reiniging. Indien dit het probleem niet oplost moet u contact opnemen met de Servicedienst. Een technieker moet deze kwestie oplossen.

Toestel pompt het water niet weg

Het gele anti-slurpkapje is niet (goed) geplaatst.

• Zorg ervoor dat het gele anti-slurpkapje correct op zijn plaats zit.

Verstopping in de afvoerslang.

• Ontkoppel de afvoerslang, daar waar deze op de sifon van de gootsteen is aangesloten.
• Controleer of zich opgehoopt vuil in de slang bevindt
• Het kegelvormige deel van de opnening moet dusdanig zijn dat de diamter ten minste 14 mm is.

Knikken in de afvoerslang.

• Controleer de afvoerslang.

Verstopte filters.

• Reinig de filters.

De afvoerpomp is geblokkeerd.
U kunt de pomp bereiken vanaf de binnenkant van het toestel.

• Maak het toestel spanningsloos door de stekker uit het stopcontact te trekken.
• Verwijder het groffilter en het leidingdeel.
• Verwijder het kleine montagestuk aan de linkerkant van de onderafvoer.
• Maak de pompschoep los en draai deze door uw vinger in de opening te steken en verwijder alles wat de pompschoep blokkeert.
• Plaats het montagestuk en de filters terug.
• Steek de stekker weer in het stopcontact.
  Wanneer het toestel niet start en een zoemend geluid maakt, is de overloopbeveiliging geactiveerd. Sluit in dat geval de waterkraan en trek de stekker weer uit het stopcontact.
  Neem contact op met de Servicedienst. Een technieker moet dit probleem verhelpen.

De waterkraan is niet geopend of de waterdruk is te laag.

• Open de waterkraan. Wanneer dit het probleem niet oplost moet een installateur deze kwestie verhelpen.
  

Sluit de waterkraan.

Neem contact op met de Servicedienst. Een technieker moet dit probleem verhelpen.

Dit probleem kunt u niet zelf oplossen.
Een technieker moet deze storing verhelpen.

Dit probleem kunt u niet zelf oplossen.
Een technieker moet deze storing verhelpen.

Deze storing kunt u niet zelf oplossen.
Een technieker moet dit probleem verhelpen.